Europees nachtleven (=ALAMA)

Niet alleen in Nederland is er een enorme toename aan festivals en feesten, maar ook het Europese nachtclubleven heeft de laatste jaren een flinke boost gehad. Met name Electronic Dance Music (EDM) is populair en drugsgebruik komt in clubs en op festivals relatief vaak voor.

Een actueel beeld van het uitgaansleven in Europa ontbreekt echter. Dit beeld willen we verkrijgen met de ALAMA-studie (Understanding the dynamics and consequences of young adult substance use pathways, A Longitudinal And Momentary Analysis in the European Nightlife scene).

Onderzoek moet vragen beantwoorden

Waarom gaat men uit en hoe vaak? Welke middelen worden gebruikt? Hoe vaak? Waar gebeurt dat? En wat doet men om risico’s op negatieve effecten te verkleinen? Wat zijn de verschillen tussen de verschillende deelnemende landen en hoe komen die verschillen tot stand? Deze vragen willen we beantwoorden met de ALAMA-studie (Understanding the dynamics and consequences of young adult substance use pathways, A Longitudinal And Momentary Analysis in the European Nightlife scene).

Dit onderzoek is een samenwerking tussen Europese topinstituten en wordt mogelijk gemaakt met financiering van ZonMw / ERANID.

De studie bestaat uit vier deelprojecten:

  1. Twee longitudinale vragenlijsten: De Electronic Music Scene Survey (EMSS), hiermee meten we hoe vaak mensen uit gaan en wat ze gebruiken. Gekeken wordt naar verschillende  patronen in landen en hoe deze veranderen over de tijd. Welke mensen stoppen met uitgaan of middelengebruik en waarom doen ze dat.
  2. De Uitgaansmeter-app. Hiermee proberen wij te bepalen welke middelen vaak tegelijk gebruikt worden en welke niet. En wat zijn de voorspellers en de gevolgen van middelengebruik en uitgaan in het weekend.
  3. De kwalitatieve vergelijking tussen de vijf deelnemende landen op basis van online gegevens. Deze bevindingen worden geverifieerd door middel van interviews met experts uit het nachtleven.
  4. De ademmonster studie. Hiermee worden ademmonster van feestgangers vergeleken met hun zelf gerapporteerde middelengebruik. Gebruiken mensen ook dat wat ze zeggen te gebruiken?