Alcohol en een licht verstandelijke beperking (LVB)

Volgens de praktijkdefinitie hebben mensen met een LVB een IQ-score tussen de 50 en 85 in combinatie met beperkt adaptief functioneren [1]. Dit laatste betekent dat er sprake is van beperkte conceptuele, sociaal-emotionele of praktische vaardigheden. Mensen met een LVB hebben vaak bijkomende problemen, waaronder psychische klachten [2]. Ook hebben zij een grotere kans dat overmatig middelengebruik tot problemen leidt [3]. Signalering is lastig omdat screeningsinstrumenten niet altijd geschikt zijn voor deze groep. Er zíjn wel geschikte instrumenten en ook interventies, maar die bereiken deze groep helaas (nog) niet altijd.

Expertisecentrum Alcohol

Deze pagina is gemaakt door het Expertisecentrum Alcohol. Met wetenschappelijke kennis helpt het expertisecentrum professionals gezondheidsschade door alcohol terug te dringen. Op zoek naar informatie voor jezelf of een ander? Kijk op alcoholinfo.nl.

Blijf op de hoogte

Met de nieuwsbrief van het Expertisecentrum Alcohol:

E-mailadres(Vereist)
Dit veld is bedoeld voor validatiedoeleinden en moet niet worden gewijzigd.

Heeft u een vraag?

Stuur ons een mail
Expertisecentrum Alcohol

Cijfers LVB

Het Sociaal en Cultureel Planbureau (SCP) schat in dat het hierbij om 6,4 procent van de Nederlandse bevolking gaat, omgerekend waren dit in 2018 ongeveer 1,7 miljoen mensen [1]. Maar van 90 procent van deze geschatte LVB-populatie is niet (officieel) bekend dat zij een LVB hebben en zorgverleners houden hier ook niet altijd rekening mee [2]. Dit draagt er aan bij dat problemen rondom LVB en middelengebruik niet altijd onderkend en behandeld worden.

Cijfers LVB en alcohol

Er zijn geen harde cijfers over alcohol- en drugsgebruik bij volwassenen met een LVB en de schattingen lopen zeer uiteen. Ook hier speelt een gebrek aan systematische screening mee, waardoor onderschat wordt hoeveel mensen een licht verstandelijke beperking hebben en ook hoeveel (problematisch) middelengebruik er voorkomt binnen deze groep. Ook maken verschillen in de gehanteerde definities het lastig om cijfers eenduidig te interpreteren [4].

In 2019 is voor het eerst een landelijk onderzoek uitgevoerd naar het alcoholgebruik onder leerlingen met een LVB in het voortgezet speciaal onderwijs cluster 3. Hieruit bleek dat bijna de helft van de leerlingen (46%) ooit alcohol heeft gedronken en dat 13% dit deed in de afgelopen maand. Deze cijfers lijken erop te wijzen dat cluster 3-leerlingen ongeveer evenveel ervaring hebben met het gebruik van alcohol als leerlingen in het cluster 4-onderwijs (leerlingen met psychische- en/of gedragsproblemen). Het percentage leerlingen dat ooit alcohol heeft gedronken lijkt in cluster 3 iets hoger dan in het praktijkonderwijs [5].

Risicogroep problematisch middelengebruik

Mensen met een LVB starten doorgaans vroeger met middelengebruik en er is vaker sprake van problematisch alcoholgebruik en problematisch drugsgebruik [6]. Het hogere risico op problematisch middelengebruik wordt veroorzaakt door een combinatie van risicofactoren, zoals een lage sociaaleconomische status (SES), gedrags- en psychiatrische problemen, gebrekkige coping vaardigheden en problemen op het gebied van werk, dagbesteding en financiën [7]. Ook sombere gevoelens en gebrek aan sociale aansluiting komen veel voor bij deze groep, waarbij middelengebruik ingezet kan worden om negatieve gevoelens te compenseren [6].

Er is bij jongeren met een LVB een verband tussen motieven om te drinken en de vorm van het alcoholgebruik [8]. Als alcohol gebruikt wordt om sociale relaties te bevestigen (social motives), zorgt dit voor meer alcoholgebruik [8]. Er is ook een relatie tussen de ernst van het alcoholgebruik en de volgende motieven: willen voorkomen van afwijzing (conformity motives), omgaan met negatieve emoties (coping motives) en het willen ervaren van de positieve effecten van alcohol (enhancement motives) [8]. Hoe meer deze motieven een rol spelen, hoe ernstiger de mate van het alcoholgebruik.

Mensen met een LVB zijn extra vatbaar voor de negatieve gevolgen van middelengebruik. Dat komt doordat zij vaak ook lichamelijk of psychisch kwetsbaar zijn en hiervoor medicatie gebruiken. Daarnaast zorgt (problematisch) middelengebruik vaak voor problemen bij de interactie met medecliënten of begeleiders in de LVB-zorg [6, 7].

Screening

Veel gangbare screeningsinstrumenten voor middelengebruik en verslavingsproblematiek zijn niet geschikt voor mensen met een LVB. De complexiteit, het taalgebruik en de directe benadering van deze instrumenten sluiten niet goed aan. Ook hebben veel mensen met een LVB de neiging om sociaal wenselijke antwoorden te geven [9].

De Substance use and misuse in Intellectual Disability-Questionnaire (SumID-Q) is speciaal ontwikkeld voor de LVB-doelgroep en geeft aanknopingspunten om middelengebruik bespreekbaar te maken. Eerst wordt gevraagd welke middelen de cliënt kent, vervolgens wordt doorgevraagd naar kennis, attitude, omgevingsgebruik, eigen gebruik, gevolgen van gebruik en veranderingsbereidheid.

Daarnaast is ook de Substance Use Risk Profile (SURPS) aangepast voor de LVB-doelgroep. Dit is een instrument om persoonlijkheidskenmerken te meten die een risicofactor vormen voor problematisch middelengebruik, zoals sensatiegerichtheid, angstgevoeligheid, impulsiviteit en negatief denken [8]. (Zie Tools en interventies hieronder voor links naar deze vragenlijsten.)

Preventie

Er bestaan diverse instrumenten en interventies voor het signaleren, screenen en voorkomen van problematisch middelengebruik bij mensen met een LVB. Preventie kan plaatsvinden vanuit de LVB-zorg, maar ook vanuit het onderwijs of binnen een bredere setting zoals bij praktijkondersteuners binnen huisartspraktijken of bij andere gezondheidszorginstellingen [11].

Onderdiagnostiek

Toch bereiken de bestaande instrumenten en interventies de doelgroep niet altijd. Dit komt door onderdiagnostiek van zowel een LVB als van problematisch alcoholgebruik, maar ook omdat LVB-instellingen vaak nog maar beperkte mogelijkheden hebben om cliënten met problematisch alcoholgebruik goed te helpen [11].

Recht op zelfbeschikking

Wat ook meespeelt is dat begeleiders spanning ervaren tussen het recht op zelfbeschikking van hun cliënten en hun eigen opdracht om goede zorg te verlenen. Dit weerhoudt hen er soms van om (mogelijk) problematisch alcoholgebruik bespreekbaar te maken [7]. Verschillende handreikingen en tools kunnen hen hierbij houvast bieden (zie volgende alinea). Zie ook de handreiking Waar bemoei ik me mee.

Tools en interventies alcoholgebruik en LVB

De interventie Open en Alert van het Trimbos-instituut ondersteunt organisaties en professionals in de jeugdhulp, de LVB-zorg en justitiële inrichtingen (gevangenissen) bij het ontwikkelen van middelenbeleid, deskundigheidsbevordering van medewerkers en samenwerking met instellingen voor verslavingszorg. Bij de interventie hoort een vaardigheidscursus waarin professionals leren om alcohol- en drugsgebruik bij hun cliënten te signaleren en bespreekbaar te maken. Ook leren zij hoe ze (problematisch) alcohol- of drugsgebruik kunnen begeleiden. De online versie van deze cursus is beschikbaar via de webwinkel van het Trimbos-instituut.

Het Trimbos-instituut heeft een serie folders over middelengebruik ontwikkeld in zeer eenvoudige taal. Deze folders zijn ook geschikt voor mensen met een LVB. Zorgverleners kunnen deze folders gebruiken om in gesprek te gaan over middelengebruik en hun cliënten te informeren over de risico’s van gebruik. In deze serie zit ook een folder over alcohol.

Deze webapp voor begeleiders bevat informatie over wat ze kunnen doen wanneer zij te maken hebben met gebruik en verslaving bij cliënten met een LVB. De app bevat vijf ‘knoppen’: voorlichten, ontmoedigen, signaleren, motiveren en behandelen. Onder elke knop wordt aangegeven wat begeleiders moeten weten en vervolgens wat zij kunnen doen.

Dit handboek gaat in op het vroeg signaleren van verslaving bij mensen met een LVB en bevat tips voor het bespreekbaar maken daarvan, bijvoorbeeld in de huisartsenpraktijk, maar ook in de verslavings- of gehandicaptenzorg.

De Substance use and misuse in Intellectual Disability-Questionnaire (SumID-Q) geeft aanknopingspunten om middelengebruik te bespreken met mensen met LVB. Eerst wordt gevraagd welke middelen de cliënt kent, vervolgens wordt doorgevraagd naar kennis, attitude, omgevingsgebruik, eigen gebruik, gevolgen van gebruik en veranderingsbereidheid.

De Substance use and misuse in Intellectual Disability-Questionnaire (SumID-Q) brengt het middelengebruik in kaart, de risicofactoren voor gebruik en de gevolgen van het middelengebruik bij mensen met een LVB. Om betrouwbare antwoorden te krijgen, wordt in de SumID-Q gebruik gemaakt van aangepast taalgebruik, visuele ondersteuning met plaatjes en een niet-confronterende stap-voor-stapbenadering.

Deze richtlijn bevat aanbevelingen voor het ontwikkelen, aanpassen en afnemen van diagnostische instrumenten bij mensen met een licht verstandelijke beperking op het gebied van onder meer psychiatrische stoornissen en middelengebruik.

Wanneer psychische stoornissen, verslaving en een LVB samengaan wordt dit ook wel ‘triple diagnoseproblematiek’ genoemd. Het Praktijkboek triple problematiek biedt praktische tips en handvaten voor de begeleiding en behandeling van mensen met triple diagnoseproblematiek. Ook bevat het achtergrondinformatie over het vóórkomen van triple diagnoseproblematiek, de oorzaken ervan en kenmerken van de doelgroep.

Deze leidraad geeft een overzicht van veertig kennisproducten die helpen bij het begeleiden van mensen met een LVB in relatie tot middelengebruik en verslaving.

In deze handreiking van de Academische Werkplaats Kajak wordt een beschrijving gegeven van beschikbare methodieken en interventies voor het signaleren, bespreekbaar maken, in kaart brengen en behandelen van middelengebruik en verslavingsproblematiek specifiek gericht op jongeren en volwassenen met een LVB.

Begeleiders in de LVB-zorg kunnen bij problematisch middelengebruik van hun cliënten spanning ervaren tussen het recht op zelfbeschikking van hun cliënten en hun opdracht om als hulpverlener goede zorg te bieden. Op basis van de zorgethiek biedt deze handreiking van het Trimbos-instituut tips, suggesties en voorbeelden.

Referenties

  1. Woittiez, Eggink & Ras (2019). Het aantal mensen met een licht verstandelijke beperking: een schatting. Notitie ten behoeve van het IBO-LVB. Den Haag: Sociaal en Cultureel Planbureau.
  2. Zorginstituut Nederland (2022). Verbetersignalement Zorg voor mensen met een licht verstandelijke beperking en een gezondheidsprobleem. Geraadpleegd op 16 december 2022 op: https://www.zorginstituutnederland.nl/publicaties/rapport/2022/01/25/zinnige-zorg-verbetersignalement-lvb
  3. Nagel, J. van der, M. Kiewik, R. Didden (2017) Handboek LVB en verslaving. Amsterdam: Boom uitgevers
  4. Nagel, van der (2016). Is it just the tip of the Iceberg? Substance use and misuse in Intellectual Disability Tactus Addiction Institute.
  5. Rombouts, M., Visser, D., Onrust, S., Tuithof, M., Scheffers-Van Schayck, T., Simon, J., & Monshouwer, K. (2020). Preventie en gebruik van tabak, alcohol, cannabis en andere middelen onder jongeren met een licht verstandelijke beperking in het cluster 3-onderwijs. Kerngegevens uit het EXPLORE-onderzoek 2019. Utrecht: Trimbos-instituut.
  6. Chapman, S.L.C. & Wu, L.T. (2012). Substance abuse among individuals with intellectual disabilities. Research in Developmental Disabilities, 33(4), 11, 1147 - 1156.
  7. Bransen, E. (2014) Waar bemoei ik me mee?  Handreiking voor begeleiders van mensen met een lichte verstandelijke beperking die alcohol of drugs gebruiken. Utrecht: Trimbos-instituut.
  8. Schijven, EP, Didden, R, Otten, R, Poelen, EAP. (2019) Substance use among individuals with mild intellectual disability or borderline intellectual functioning in residential care: Examining the relationship between drinking motives and substance use. J Appl Res Intellect Disabil. 2019; 32: 871– 878. https://doi.org/10.1111/jar.12578
  9. Van der Nagel, J.E.L., Kiewik, M., van Dijk, M., de Jong, C.A.J. & Didden, R. (2011). Handleiding SumID-Q Deventer: Tactus.
  10. Pieterse, M.E., J. E. L van der Nagel, P. M. Ten Klooster, A. Turhan, R. Didden (2020) Psychometric Qualities of the Dutch Version of the Substance Use Risk Profile Scale Adapted for Individuals with Mild Intellectual Disabilities and Borderline Intellectual Functioning, Journal of Mental Health Research in Intellectual Disabilities, 13:3, 250-266, DOI: 10.1080/19315864.2020.1789250
  11. Kiewik, M., Van der Nagel, J.E.L., Kemna, L.E.M., Engels, R.C.M.E. & DeJong, C.A.J. (2016). Substance use prevention program for adolescents with intellectual disabilities on special education schools: A cluster randomized control trial. Journal of Intellectual Disability Research, 60 (3), 191-200. Doi:10.1111/jir.12235.