Actueel | Blog |

Flakka: wat voor drug is het en wat speelt er nu?

Sinds vorig jaar zijn er in toenemende mate berichten dat het gebruik van de drug Flakka weer in opkomst zou zijn, met name in de regio West-Brabant en Zeeland. In deze blog gaan we in op wat we nu weten over Flakka, en benadrukken we het belang van monitoring en gerichte aanpak.

Flakka, alfa, het zijn straatnamen voor een aantal nieuwe psychoactieve stoffen (NPS) afgeleid van de stof alfa-PVP die al meer dan tien jaar op de Nederlandse drugsmarkt verkrijgbaar is. Inmiddels staat alfa-PVP al enige jaren op lijst I van de Opiumwet. Specifieke afgeleiden van alfa-PVP, zoals alfa PiHP, zijn nog wel legaal en daardoor vrij gemakkelijk verkrijgbaar. Flakka wordt aangeboden als een poeder of als zogeheten ‘brokken’ en vervolgens gerookt in een pijpje, al kan het ook gesnoven worden.  

Risicovolle en verslavende drug

Het gebruik van Flakka zorgt in eerste instantie voor een stimulerend en euforisch effect. Daarnaast zorgt het ook voor schokkerige bewegingen, hallucinaties en sterke rusteloosheid, naast een verhoogde bloeddruk en een verhoogde hartslag. Met name deze acute bijwerkingen zorgen ervoor dat gebruikers van Flakka die zwaar onder invloed zijn voor veel overlast kunnen zorgen en dat mede daardoor de drug ook wel de bijnaam zombiedrug kreeg. In het verleden kreeg Flakka  veel media-aandacht en heeft het Trimbos-instituut daar ook een reactie op geschreven. Een andere bijwerking van Flakka die vaak gemeld wordt is “craving” ofwel de behoefte om steeds opnieuw te gebruiken. Hierdoor neemt de kans op verslaving op de langere termijn toe. Door dit alles komen gebruikers van dit middel in korte tijd in ernstige problemen. 

Vooral lokaal gebruik en onder de radar

Sinds vorig jaar zijn er in toenemende mate diverse berichten dat het gebruik van Flakka weer in opkomst zou zijn met name in de regio West-Brabant en Zeeland. In hoeverre het ook in andere regio’s in Nederland speelt is niet bekend. Flakka wordt met name gebruikt door meer kwetsbare, gemarginaliseerde groepen die al langer bekend zijn met andere drugs zoals heroïne, GHB en basecoke. Flakka zou in die scene als goedkoop alternatief voor basecoke worden gebruikt. 

Omdat het vooralsnog om een relatief kleine en specifieke groep gaat die vaak heel lokaal start met het gebruik van Flakka (lokale brandhaarden van gebruik blijven vaak lange tijd onder de radar), is het lastig om dit soort ontwikkelingen in een vroeg stadium te detecteren. Om de omvang van deze problematiek in deze en met name ook andere regio’s van ons land goed in kaart te brengen is het belangrijk om diverse monitoringsinstrumenten in te zetten. Een goed voorbeeld hiervan is het testen van de drugs die men koopt als Flakka om de samenstelling te monitoren. Ook is een goede registratie van de incidenten met deze drug essentieel.  

Instellingen voor verslavingszorg zijn van groot belang

Het is van groot belang dat veldwerkers van instellingen voor verslavingszorg en andere laagdrempelige voorzieningen in contact komen met gebruikers van dergelijke middelen, en zodoende een goed beeld krijgen van beweegredenen voor gebruik en van toeleiding naar adequate zorg en hulp. Daarbij is het van essentieel belang dat men kan beschikken over up-to-date informatie over de effecten en risico’s van Flakka en andere NPS.

Vaak betreft het zeer complexe problematiek die vraagt om een gerichte en integrale aanpak. Laagdrempelige voorzieningen zijn vaak nog toegerust op gebruikers van heroïne of basecoke en veel minder op gebruikers van nieuwere middelen als GHB en ook Flakka. Daarnaast is een persoonsgerichte aanpak gewenst. Een voorbeeld is de aanpak die oorspronkelijk is ontwikkeld voor problematische GHB-gebruikers, maar in West-Brabant is doorontwikkeld naar een regionaal GHB-overleg waarin alle GHB-cliënten uit de regio worden besproken (Breda en een aantal omliggende gemeenten). Aan dit overleg nemen het veiligheidshuis (regie), zorginstellingen, de zorgverzekeraar en justitie/politie deel. Inmiddels worden ook gebruikers van Flakka in dit overleg besproken. Vanuit dit overleg worden cliënten bijvoorbeeld in samenwerking met politie naar de detox gebracht, waarna direct aansluitend behandeling in de verslavingszorg of GGZ volgt.  

Momenteel wordt door het Trimbos-instituut de handleiding voor de gemeentelijke aanpak van GHB-problematiek omgeschreven naar een gemeentelijk persoonsgerichte middelenaanpak. 

Samenvattend: Het is van groot belang om de actuele situatie op het gebied van drugs goed te monitoren. Dit leidt tot het tijdig oppikken en duiden van zorgwekkende ontwikkelingen en het bepalen van een passende aanpak. Op deze manier kan verdere toename van gebruik voorkomen worden en kan de juiste zorg en hulp worden ontwikkeld voor degene die al gebruiken en hierdoor in de problemen zijn gekomen. 

Heb je vragen over drugsgebruik of maak jij je zorgen over jezelf of iemand anders? Bel de drugsinfolijn op 0900-1995 of ga naar www.drugsinfo.nl   

Meer informatie

Daan van der Gouwe
Drugs researcher Drugs
Laura Smit - Rigter
Landelijk coördinator DIMS
Anneke van Wamel
Wetenschappelijk medewerker