Blog |

Tranq: moeten we ons zorgen maken over deze drug?

Sinds het begin van dit jaar verschijnen er alarmerende berichten in de media over de drug “tranq”. Wat zijn de risico’s en komt dit middel ook naar Nederland? In dit blog geven Trimbosonderzoekers Daan van der Gouwe en Pieter Oomen antwoord op deze vragen.

In de VS zou tranq op grote schaal worden gebruikt en slachtoffers hebben gemaakt. Het Witte Huis waarschuwde onlangs voor deze drug die ‘een verwoestende impact heeft op de samenleving’. Volgens een recent bericht is het middel inmiddels ook in België aangetroffen. In de berichtgeving wordt daarbij steevast gebruik gemaakt van misleidende en stigmatiserende benamingen zoals zombiedrug of killerdrug.

Als drugsonderzoekers bij het Trimbos-instituut zijn we de afgelopen weken een paar keer gebeld over tranq door onder meer journalisten en medewerkers van instellingen voor verslavingszorg. Met de nodige vragen en bezorgdheid over de effecten en risico’s, maar ook over de kans dat het middel in Nederland voet aan de grond krijgt – of misschien ook al in ons land is gesignaleerd – met alle mogelijke gevolgen van dien. In dit blog geven we antwoord op deze vragen, waarbij we ons baseren op gegevens vanuit de eigen monitoring van drugsmarkten en de spaarzame internationale literatuur.

Wat is tranq?

Tranq (afkorting van tranquilizer) is de straatnaam voor xylazine, een in de diergeneeskunde gangbaar verdovingsmiddel. Dit middel wordt vooral op de Amerikaanse drugsmarkt als tranq aangeboden. Het wordt daarbij meestal versneden met andere drugs, vooral met de pijnstiller fentanyl en in mindere mate ook met heroïne en cocaïne. In 2022 was 23% van de fentanylpoeders in de Verenigde Staten versneden met xylazine. In Philadelphia was in 2021 zelfs meer dan 90% van alle geteste drugssamples versneden met xylazine. Wanneer xylazine wordt toegevoegd aan opioïde drugs (zoals fentanyl of heroïne) spreekt men van “tranq dope”.

Wat zijn de effecten en risico’s van gebruik?

De combinatie van het langwerkende verdovingsmiddel xylazine en de krachtige, maar kortwerkende opioïde stof fentanyl zorgt voor een intens en langwerkend verdovend effect. Xylazine dempt net als fentanyl de werking van het centrale zenuwstelsel. Tranq dope kan net als fentanyl worden gespoten, gesnoven en gerookt. Het kan leiden tot onder meer een ernstige verlaging van de bloeddruk en een tragere ademhaling. Regelmatig gebruik, ongeacht de toedieningsroute, kan ernstige wonden en huidafwijkingen veroorzaken.

Xylazine in grote doseringen kan leiden tot bewustzijnsverlies, en ook kunnen ontwenningsverschijnselen optreden. Deze komen bovenop de ontwenningsverschijnselen die al kunnen ontstaan door gebruik van opioïden zoals fentanyl. De kans op overdosering bij gebruik van tranq dope is aanzienlijk. Xylazine reageert bovendien niet op naloxon, het tegengif dat gebruikt wordt om verminderde ademhaling door opioïden te behandelen.

Waar komt het vandaan en waarom is het op de markt gekomen?

Xylazine is voor het eerst begin jaren 2000 als tranq op de drugsmarkt in Puerto Rico opgedoken. Het werd al snel versneden met andere middelen, in het begin vooral met opioïden en dan vooral met fentanyl. Naast het vergroten van de winstmarge voor dealers lijkt het vermengen van opioïden met xylazine de roes te verlengen.

Met name de laatste vijf jaar lijkt het gebruik van tranq vooral in de Verenigde Staten sterk toegenomen. Vrijwel alle staten rapporteren inmiddels misbruik van xylazine. Als een gevolg hiervan waarschuwde het Witte Huis in april van dit jaar voor tranq. Er is een plan gelanceerd om het aantal overdoses door de combi van fentanyl met xylazine in 2025 met 15% te hebben teruggedrongen. Dit zou dan moeten gebeuren door onder meer de testcapaciteit uit te breiden en het opzetten van behandelmogelijkheden.

Aanwezigheid in Europa en Nederland

Xylazine is recentelijk in verschillende Europese landen op de gebruikersmarkt aangetroffen, onder meer in het Verenigd Koninkrijk, Letland en Estland. Het wordt bijvoorbeeld verkocht onder de naam benzo dope of tranq dope. In Estland zijn ook sterfgevallen gerapporteerd waarbij xylazine betrokken was. Het zou hier gaan om een opioïde stof vermengd met een benzodiazepine en xylazine.

In Nederland test het DIMS (Drugs Informatie en Monitoring Systeem) sinds 1992 door consumenten aangeleverde stoffen. Xylazine is met name in 2010 en 2011 een enkele keer aangetroffen in als ketamine gekochte samples. Hoewel het DIMS zich vooral richt op de markt in recreatieve drugs, lijkt het er op dat xylazine als versnijding vrijwel niet voorkomt in ons land.

Verschillen tussen Nederland en de Verenigde Staten

Een belangrijk verschil tussen de gebruikersmarkt in Nederland en die in de Verenigde Staten is dat in laatstgenoemd land een opioïdencrisis woedt. Het land kent een ongekend hoge sterfte onder gebruikers van opioïden (zoals heroïne, fentanyl en oxycodon), terwijl het gebruik volgens de DEA sinds 2015 epidemische vormen heeft aangenomen.

Tegelijkertijd ontbrak en ontbreekt het in Amerika aan een praktisch en pragmatisch antwoord dat we in Nederland al vanaf de vroege jaren tachtig hebben ingevoerd. Namelijk een humaan beleid (de gebruiker niet criminaliseren) en het beschikbaar stellen van harm reduction-voorzieningen zoals methadonverstrekking, gebruiksruimtes en de mogelijkheid voor gebruikers om anoniem en gratis hun drugs te laten testen. Deze voorzieningen werden decennialang verketterd door onder meer de VS. Maar nu kijkt men daar ook naar deze aanpak en vergelijkbare voorzieningen worden alsnog ingevoerd. Simpelweg omdat deze voorzieningen effectief zijn in het terugdringen van gezondheidsincidenten door gebruik van drugs, inclusief sterfte.

In de VS speelt criminalisering van gebruik en gebruikers mogelijk een rol in het wijdverbreide gebruik van xylazine. Doordat op gebruik, handel en productie van heroïne en cocaïne hoge straffen staan, is het denkbaar dat zowel producenten, dealers als gebruikers hun toevlucht zoeken tot middelen die in de VS niet verboden zijn, zoals xylazine. Ook levert de combinatie van xylazine en opioïden een langer werkend middel op, wat het risico op ontdekking van criminele activiteiten (bijvoorbeeld gebruik en aanschaf van drugs) vermindert. Doordat de combinatie langer werkt dan bijvoorbeeld fentanyl alleen, zal men minder vaak het criminele pad moeten betreden, wat de kans in aanraking te komen met politie en justitie doet afnemen.

In Nederland zijn we door het structureel monitoren van de drugsmarkten en door het tijdig invoeren van een uitgelezen set aan harm reduction-voorzieningen enigszins voorbereid op een eventuele opioïdencrisis. Ook projecten waaraan het Trimbos-instituut bijdraagt of heeft bijgedragen als SO-PREP en DRUG-PREP vergroten de paraatheid van Nederland en andere landen op snel veranderende drugsmarkten. Het door het EMCDDA opgezette en gecoördineerde Early Warning System is hiervan een goed voorbeeld.

Moeten we ons zorgen maken in Nederland?

Samengevat, hoewel tranq momenteel in de belangstelling staat, zijn wij van mening dat tranq op de Nederlandse gebruikersmarkt op dit moment vrijwel niet voorkomt. Mocht dit veranderen, dan is het zeer aannemelijk dat we deze signalen via ons uitgebreid monitoringssysteem snel oppikken, en hiervoor passende maatregelen kunnen treffen. Alertheid is echter altijd geboden: wat vandaag geldt kan morgen weer anders zijn. En omdat we daarnaast in ons land een uitgebreid pakket aan harm reduction-maatregelen hebben, kunnen mensen die dit middel toch gebruiken snel effectieve zorg krijgen, zoals methadonverstrekking en andere laagdrempelige zorg.

Het Harm Reduction Netwerk van het Trimbos-instituut organiseert op 23 november aanstaande haar tweejaarlijkse congres, waarop onder meer het onderwerp nieuwe middelen in harm reduction-voorzieningen op de agenda staat. Voor meer informatie, kijk op: Harm Reduction Netwerk congres | 23 november 2023 – Trimbos-instituut

Meer informatie

Daan van der Gouwe
Drugs researcher Drugs
Pieter Oomen
Drugsonderzoeker