Aandacht voor welbevinden helpt leerlingen én docenten

Stress, prestatiedruk, een achterstand op sociaal gebied vanwege de coronajaren. Het is bekend dat het welbevinden van Nederlandse jongeren sterk onder druk staat. Stichting Het Zelfstandig Gymnasium organiseerde een leernetwerk over welbevinden in schooljaar 2023-2024. Het Christelijk Gymnasium deed mee én ging aan de slag met de tools van Welbevinden op School. Conrector Marjolijn Wakker vertelt in dit interview wat ze gedaan en geleerd hebben: ‘De grootste opbrengst is dat we welbevinden nu als beleidsdomein op de radar hebben.’
Op het Christelijk Gymnasium in Utrecht was altijd al de afspraak dat er in positieve bewoordingen over leerlingen werd gesproken. Toch ging dat in de praktijk wel eens mis. ‘Als hun aanpak niet werkte, konden collega’s zo gefrustreerd zijn dat ze mopperden over leerlingen,’ licht Marjolijn Wakker toe. Vandaag de dag is dat bijna niet meer aan de orde. En gebeurt het wel, dan spreekt het hele team elkaar erop aan, volgens Wakker. ‘We praten niet meer over leerlingen in de trant van: “Hij of zij wil en kan niks.” Maar we vragen ons af: waarom lijkt het zo moeilijk om deze leerling te activeren? Wat zou daar onder zitten? Is er een vak waar de leerling wel hard voor werkt? Hoe komt dat en wat gebeurt daar dan? Vroeger kwamen deze vragen pas aan de orde als zo’n leerling extra ondersteuning kreeg’ vervolgt ze. ‘Nu bespreken we dit al in het docententeam. En dat levert heel veel op.’
Veel scholen willen werken aan welbevinden
Het is een concreet voorbeeld van de opbrengst van het leernetwerk vanuit het programma Welbevinden op School, een samenwerking van het Trimbos-instituut en Pharos. Dit leernetwerk is mede ontwikkeld en uitgevoerd door schoolpsychologen van het Nederlands Instituut van Psychologen (NIP) Sectie Jeugd. Het Christelijk Gymnasium Utrecht ging hier twee jaar geleden mee aan de slag. Het initiatief kwam vanuit de Stichting Het Zelfstandig Gymnasium, een koepel van eenenveertig gymnasia waar het Christelijk Gymnasium ook deel van uitmaakt. ‘Welbevinden staat al langer op onze agenda, maar uit gesprekken met ondersteuningscoördinatoren van diverse scholen merkten we dat er nu extra veel behoefte is om er iets mee te doen’ vertelt Yvonne Lommen, onderwijskundig projectleider bij de stichting.
Schoolbrede aanpak
‘Vanuit de stichting hebben we nagedacht over de aanpak’ vervolgt Lommen. ‘Een van de voorwaarden was dat het om een duurzame, schoolbrede aanpak moest gaan. Dus niet iets van een individuele mentor of docent. En dat we aandacht wilden besteden aan bepaalde inhoudelijke thema’s die met het onderwerp samenhangen. Verder vonden we het erg belangrijk dat de scholen elkaar konden inspireren door kennis en ervaringen te delen en uit te wisselen. Uiteindelijk kwamen we bij Welbevinden op School van het Trimbos-instituut en Pharos terecht. Zij hebben ons daarin begeleid. samen met een schoolpsycholoog van het NIP Sectie Jeugd.’
Ondersteuning aan leerlingen uitzonderlijk gestegen
Uiteindelijk namen zestien gymnasia deel aan het leernetwerk Welbevinden. Ook op het Christelijk Gymnasium in Utrecht voelden ze sterk de urgentie. Zij merken dat jongeren de afgelopen jaren meer en vaker in psychische nood verkeren. Wakker: ‘De maatschappij dat zijn wij. Vroeger kwam de extra ondersteuning die we boden niet boven de vijf procent uit. De afgelopen vijf jaar is dat zo’n twintig procent. Dat is een uitzonderlijk hoge stijging.’
Leertraject Welbevinden op School
Welbevinden op school betekent dat de omstandigheden op school zo georganiseerd zijn dat kinderen en jongeren zich zo goed mogelijk kunnen ontplooien en leren. Uiteindelijk organiseerden Trimbos-instituut, Pharos en NIP Sectie Jeugd in een jaar vijf (live) bijeenkomsten voor de deelnemende scholen over het thema. Experts gaven er presentaties over onder meer onderwerpen als groepsdynamica, stress en prestatiedruk.
Stappenplan zorgt voor nieuwe inzichten
De werkgroepen gebruikten het stappenplan van Welbevinden op School om een plan van aanpak te maken voor hun eigen school. Als eerste hebben de werkgroepen een visie op welbevinden geformuleerd en daarna stelden ze twee speerpunten vast. Het eerste speerpunt bij het Christelijk Gymnasium was het benoemen van factoren die bijdragen aan een positief pedagogisch klimaat. En het tweede het bevorderen van het welbevinden van de medewerkers. ‘Ik heb veel collega’s die zo hard werken dat ze geen oog meer hebben voor hoe het met hen gaat’ verklaart Wakker. ‘ We gaan nu vaker terug naar: hoe gaat het met ons? Want als het goed gaat met ons, kunnen we ook beter in de gaten houden hoe het met onze leerlingen gaat. We zorgen er nu meer voor dat we geregeld leuke dingen doen met elkaar. ’
Deelname van schoolleiding doorslaggevende succesfactor
Het Christelijk Gymnasium ging ook aan de slag met het beleid rondom welbevinden. Zij volgden het advies uit het stappenplan om te starten met een klein kernteam met de schoolleiding, de ondersteuning en mentoren. Lommen: ‘Het is belangrijk dat er iemand van de schoolleiding deelneemt. We zien dat projecten dan makkelijker van de grond komen en dat de bevindingen opgenomen worden in het jaarplan.’
Weekopeningen in de klas
Bij het Christelijk Gymnasium heeft het inderdaad gewerkt: het project begon op kleine schaal maar breidde zich langzaam uit binnen de school. ‘Iedereen is zich er nu enorm van bewust dat we hier een rol in hebben’ zegt Wakker. ‘Zo is een aantal docenten op eigen initiatief gestart met weekopeningen. Dat zijn korte gesprekjes met de klas die gaan over een actueel thema. Denk aan Paarse Vrijdag, Kerst of het WK-voetbal. Zo leren kinderen elkaar ook op een andere manier En dat helpt weer om een eventuele negatieve dynamiek in de klas te verminderen.’
Zelf veerkracht opbouwen
Het traject liet het Christelijk Gymnasium ook zien waar nog winst behalen was. Toen Wakker en haar collega’s merkten hoe prettig het is om ervaringen uit te wisselen met anderen, sloten ze zich aan bij het stadsnetwerk in Utrecht over het thema welbevinden. In dat netwerk zitten ook andere scholen, de gemeente, de jeugd-Ggz en buurtteams. Wakker: ‘De bijvangst van dit project is dat we ons nu bewust zijn geworden van dit soort leernetwerken. Het stadsnetwerk is nu bezig met het ontwikkelen van psycho-educatie op school. Je kunt leerlingen allemaal individueel begeleiden maar je kunt ook het collectief aanpakken. Leerlingen hebben zelf vaak het idee dat ze geen invloed hebben op hun gemoedstoestand. Het is een vorm van preventie om ze te leren dat ze wel degelijk zelf veerkracht kunnen opbouwen.’
Wil je als school, schoolpsycholoog of Gezonde School-adviseur ook aan de slag met welbevinden?
De tools en handvatten van Welbevinden op School helpen je snel op weg om schoolbreed en structureel te werken aan welbevinden. Bekijk de pagina’s voor
voor praktische tools, tips en voorbeelden uit de praktijk.