Van nederwiet tot vape-pennen: Waarom we cannabis moeten blijven monitoren
Sinds het jaar 2000 voert het Trimbos-instituut de THC-monitor uit om een antwoord te vinden op de vragen: Wat wordt er verkocht in Nederlandse coffeeshops? En hoeveel werkzame stof (THC) zit er in de cannabis? Sindsdien verzamelen mysteryshoppers jaarlijks bijna 200 monsters wiet en hasj in coffeeshops door het hele land. Pieter Oomen en Sander Rigter schrijven waarom deze monitoring relevant is en blijft.
De THC-monitor werd in Nederland in 1999 opgezet door het Trimbos-instituut in opdracht van het Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (VWS). Er was een groeiende bezorgdheid over de sterkte van cannabisproducten die in coffeeshops werden verkocht, en de mogelijke gezondheidsrisico’s die daarmee gepaard gingen. De monitor was nodig voor wetenschap en volksgezondheid, maar ook om beleidskeuzes te kunnen onderbouwen. Bijvoorbeeld het gedoogbeleid naar het buitenland, of later bij het opzetten van het Experiment Gesloten Coffeeshopketen.
De cannabisproducten die elk jaar worden verzameld, worden geanalyseerd op stoffen zoals THC en CBD. Ook wordt informatie verzameld over prijzen en producttype. Door jaarlijks te meten, kunnen we trends in sterkte en samenstelling van cannabis volgen. Zo kunnen risico’s tijdig worden gesignaleerd en kan eventueel het (preventie)beleid worden aangepast.
Afgelopen zomer organiseerden we een mini-symposium ‘Cannabis in een veranderend landschap’, ter gelegenheid van de 25e editie van de THC-monitor. Een belangrijke boodschap: cannabisaanbod, -gebruik en -beleid zijn de afgelopen 25 jaar in Nederland enorm veranderd.
Cannabis werd sterker
In de jaren zeventig begon de cannabisverkoop via coffeeshops. Het assortiment bestond uit geïmporteerde hasj en wiet. In de jaren ’90 kwam hier de zogenaamde nederwiet bij. Deze in Nederland geteelde cannabis was ongeveer net zo sterk als de buitenlandse hasj, maar een stuk sterker dan de buitenlandse wiet.
De toenemende THC-gehaltes zijn ook duidelijk te zien in de eerste edities van de THC-monitor. Sinds 2005 schommelen de gemiddelde THC-gehaltes van nederwiet tussen de 15 en 20%. De gemiddelde THC-gehaltes van hasj liggen hoger. Zeker nederhasj (hasj gemaakt van nederwietplanten) kent door de jaren gemiddelde THC-gehaltes van tussen de 25 en 35%, met uitschieters van boven de 60%. Ook de sterkte van geïmporteerde hasj, die historisch vaak net zo sterk was als de nederwiet, is de afgelopen tien jaar flink gestegen.
Een hoger THC-gehalte brengt mogelijk meer risico’s met zich mee, zoals geheugenproblemen en angst, maar ook verslaving. De coffeeshop kan een rol spelen in het beperken van de schade door cannabis, bijvoorbeeld door dit soort sterke cannabis van de juiste informatie te voorzien.
Andere vormen, nieuwe risico’s
Daarnaast zien we andere ontwikkelingen in het cannabislandschap, bijvoorbeeld in de gebruiksvorm. Tegenwoordig zijn met name eetbare vormen – ook wel edibles – steeds breder beschikbaar in Nederland. Denk aan spacecake, gummiebeertjes en chocolade.
Daarnaast zien we THC-houdende vape-pennen op de menukaarten staan. Verkoop hiervan is in Nederland niet toegestaan – met uitzondering van een specifiek soort vape die wordt verkocht in sommige coffeeshops in gemeentes die aan het Experiment Gesloten Coffeeshopketen meedoen. Daarbuiten zien we ook vapes op de illegale markt.
Het is nog maar de vraag wat de risico’s zijn van deze vape-pennen. De Zwitserse toxicologe Aurélie Berthet liet op het symposium zien dat vape-pennen (en ook vaporizers) minder kankerverwekkende stoffen produceren dan het roken van joints. Maar ze wees ook op nieuwe risico’s: vape-pennen kunnen metaaldeeltjes, resten van oplosmiddelen of aroma’s met toxische effecten bevatten, vooral als ze niet onder regulering vallen. Ook kan een cannabisconsument met een vape-pen in korte tijd zeer veel THC innemen. Dit kan naast het veroorzaken van nadelige bijwerkingen op de korte termijn mogelijk op de langere termijn ook sneller tot problematisch gebruik leiden.
Invloed van regulering en legalisering
De mogelijke invloed van regulering op het cannabisaanbod en het gedrag van de cannabisconsument wordt nog in kaart gebracht met het Experiment Gesloten Coffeeshopketen. In het buitenland zien we al effecten van nieuwe regelgeving. Onderzoeker David Hammond vertelde op het symposium dat in Canada na legalisatie het aanbod en aandeel van bewerkte producten toenam, zoals edibles, oliën, vapes, concentraten, met extracten versterkte cannabis en zelfs dranken.
Zulke bewerkte producten kunnen erg sterk zijn. Consumenten begrijpen volgens hem echter niet veel van THC-gehaltes. Deelnemers aan zijn onderzoek kregen de vraag of 30% THC laag, gemiddeld, hoog of zeer hoog is voor een wietproduct. Slechts 15% schat dit goed in: 30% THC is zeer hoog. Ook dit onderstreept het belang van goede voorlichting over de sterkte van cannabis binnen en buiten de coffeeshop.
In Nederland zien we ook een ontwikkeling naar meer bewerkte producten, bijvoorbeeld de supersterke hasjsoorten. We weten echter nog maar heel weinig over wie deze producten precies gebruiken, hoe ze dat doen en wat de specifieke risico’s zijn.
Monitoring blijft belangrijk
De THC-monitor heeft in de afgelopen 25 jaar meerdere trends en ontwikkelingen aan het licht gebracht. Het laat zien hoe snel en ingrijpend het cannabislandschap in Nederland verandert. Producten worden sterker, meer divers en complexer – van supersterkte nederhasj tot vape-pennen en edibles. Vaak zijn de risico’s van zulke ontwikkelingen nog onvoldoende bekend. In de komende jaren, waarin naast buitenlandse veranderingen qua cannabisbeleid ook het Experiment Gesloten Coffeeshopketen verder gaat, zal structurele monitoring van de het aanbod in Nederlandse coffeeshops alleen maar belangrijker worden. Een helder zicht op veranderingen in het cannabislandschap is essentieel voor effectieve preventie en schadebeperking.