Aandachtspunten per levensfase en doelgroep
Contact
Vragen over dit dossier?
Gedurende de gehele levensloop krijgt men te maken met stress of tegenslagen. Het versterken van veerkracht is daarom relevant voor mensen in alle levensfases. In dit hoofdstuk lichten we specifiek drie levensfases/doelgroepen eruit:
Jeugd
Tijdens de kindertijd en puberteit vinden veel veranderingen plaats waar regelmatig tegenslagen bij kunnen komen kijken. Aangezien veerkracht in de tijd ontwikkelt, zijn jeugdigen nog volop lerende. Hulpbronnen die bijdragen aan een effectief veerkrachtproces zijn daarom extra belangrijk voor jongeren. Tegelijkertijd is dit ook een levensfase waarin veel van de individuele hulpbronnen nog in ontwikkeling zijn.
Individuele hulpbronnen van jeugdigen versterken
Emotieregulatie is een onmisbare individuele hulpbron voor veerkracht. Als kinderen beter in staat zijn om hun emoties goed te sturen, kunnen zij zichzelf beter begrijpen, hun reacties leren controleren en zich beter aanpassen aan de situatie [14]. Het inhouden van emoties kost mentale energie. Energie die zij ook nodig hebben voor bijvoorbeeld sociale interactie en probleemoplossend vermogen. Wanneer het reguleren van emoties makkelijker gaat, is er meer mentale energie over voor het inzetten van andere interne hulpbronnen. Daarbij helpt emotieregulatie bij probleemoplossend vermogen en minder piekeren, vermijden, jezelf de schuld geven en ander niet-helpend gedrag bij kinderen [14].
Een metastudie naar sociale vaardigheidstrainingen laat zien dat trainingen met 'skill-building elementen' een positief effect hebben op pro-sociaal gedrag en probleemoplossend vermogen van jongeren [15], twee hulpbronnen van veerkracht. Het aantal oefeningen blijkt van belang voor het effect. Sociale vaardigheidstrainingen met 11-20 oefeningen hadden meer effect dan trainingen met meer of minder oefeningen [1].
Hoewel er een positief effect lijkt te zijn van mindfulness-interventies op veerkracht bij jongeren, is er sprake van een kanttekening. Het blijft volgens de onderzoekers ingewikkeld om aan te tonen hoe mindfulness als interventie precies werkt [1].
Werkvormen die gebruikt worden binnen effectief bevonden interventies die jeugdigen helpen bij het omgaan met tegenslagen zijn modeling, psycho-educatie, gebruik van onderdelen uit cognitieve gedragstherapie (o.a. rollenspel) en het toepassen van fysieke activiteiten [1].
Omgevingshulpbronnen van jeugdigen versterken
Steun en positieve relaties zijn cruciale omgevingshulpbronnen. Dit kan gaan om leeftijdsgenoten, maar ook ouders en/of andere volwassenen. Denk aan een mentor of trainer. Vanaf 11 jaar zoeken kinderen vaker steun bij vrienden of klasgenoten dan bij volwassenen. In Nederland is het merendeel van de jongeren positief over hun sociale relaties [16].
Aangezien ouders een belangrijk steunbron zijn voor (met name jonge) jeugdigen is het welzijn van ouders en steun en ondersteuning voor ouders wellicht net zo belangrijk als voor jeugdigen zelf. Steun vanuit de maatschappij kan daar ook bij helpen. Bijvoorbeeld door minder te oordelen over elkaar, minder uit te sluiten en meer hulp aan te bieden. Daarnaast kan het helpen om in te zetten op het vergroten van vaardigheden op gebied van ouderschap [1].
Verder kun je denken aan het veilig maken van de leefomgevingen waar jeugdigen veel tijd spenderen. Zoals school, een gemeenschap/buurt, de gezinsomgeving en culturele normen [1].
Meer hierover lees in het kennisdossier mentale gezondheid van jeugd.
Ouderen
Ouderen krijgen vaker te maken met (stressvolle) veranderingen die om veerkracht vragen. Denk aan het verlies van naasten en de achteruitgang van de fysieke en cognitieve gezondheid. Tegelijkertijd kan levenservaring de hulpbronnen van veerkracht ook positief beïnvloeden [17]. Ouderen zijn bijvoorbeeld beter in het reguleren van hun emoties dan jongeren, waardoor ze zich bij tegenslag makkelijker kunnen aanpassen [18]. Ook kunnen ouderen zich makkelijker neerleggen bij het feit dat situaties soms buiten de persoonlijke controle liggen. Ouderen moeten dus regelmatig veerkrachtig zijn, maar dit proces is door de jaren vaak ook gesterkt.
Tegelijkertijd geldt niet voor elke oudere dat veerkracht groeit door de tijd. Chronische stress door het leven in kwetsbare sociaaleconomische omstandigheden, of het hebben van meerdere chronische ziekten of andere fysieke beperkingen, maakt dat mensen niet alleen 6 – 7 jaar korter leven, maar ook 16 – 19 jaar langer in ongezondheid [19]. Kwetsbaarheid kan bij ouderen verder opstapelen: mensen zijn minder fysiek fit, minder vaak zelfredzaam, vaker eenzaam – allemaal omstandigheden die meer druk zetten op veerkracht en/of op de beschikbaarheid van hulpbronnen.
Individuele hulpbronnen van ouderen versterken
Persoonlijke eigenschappen als optimisme, zelfredzaamheid, tevredenheid en zelfvertrouwen zijn belangrijke hulpbronnen voor ouderen [20]. Met name eigenschappen die helpen bij acceptatie en relativering, zoals openheid over de eigen kwetsbaarheden, acceptatie van hulp en een ‘carpe diem’ instelling, dragen bij aan veerkracht [18].
Gezondheid speelt ook een belangrijke rol. Met name het ervaren van gezondheid is een hulpbron van veerkracht. Hoe iemand zelf de lichamelijke en mentale gezondheid ervaart heeft een sterke associatie met veerkracht, sterker dan het daadwerkelijk fysiek functioneren [20]. Ook gezond leven, zoals voldoende slaap, gezond eten en beweging, is een hulpbron voor ouderen. Zo heeft een gezonde leefstijl een sterk positief effect op veerkracht, bijvoorbeeld doordat het makkelijker is om sociaal mee te blijven doen [18], [20].
Als laatste draagt zingeving en spiritualiteit positief bij aan veerkracht. Het zelfoverstijgend verbonden voelen met een groter doel, zoals de natuur, een goddelijke kracht of de gemeenschap is een belangrijke hulpbron [20]. Het kan hoop en steun bieden. Geloof of spiritualiteit is daarnaast een manier van coping bij tegenslag [17], [18].
Omgevingshulpbronnen van ouderen versterken
Een sterk en talrijk sociaal netwerk is ook voor ouderen een belangrijke hulpbron voor veerkracht. Enerzijds omdat dit een belangrijke bron van emotionele steun is, anderzijds omdat het netwerk hen kan bijstaan met andere vormen van (meer praktische) hulp die juist in deze levensfase belangrijker kunnen worden [18]. Daarnaast bevordert een goed sociaal netwerk participatie [21]. Actief onderdeel zijn en blijven van een gemeenschap, door (vrijwilligers)werk, deelname aan activiteiten en banden met buren en naasten, versterkt het proces van veerkracht [18].
Hoe er door de maatschappij en ouderen zelf wordt aangekeken tegen ouder worden beïnvloedt veerkracht. Als er positief wordt gedacht over ouder worden kan het veerkracht bevorderen, maar als er juist wordt gedacht in negatieve stereotypen (ageism), dan kan dit de veerkracht negatief beïnvloeden [22]. Ageism kan leeftijdsdiscriminatie veroorzaken, waardoor ouderen worden buitengesloten, niet serieus worden genomen of oneerlijk worden behandeld.
Het is dan ook belangrijk dat ouderen op een gelijkwaardige manier worden behandeld, met respect voor autonomie. Zeker als ouderen meer hulp nodig hebben. Als de oudere wordt benaderd als een veerkrachtig individu met respect voor de identiteit en persoonlijke waarden, wordt veerkracht bevorderd. Ook het respecteren van iemands autonomie en ouderen, die bijvoorbeeld in een verzorgingstehuis zitten, zo veel mogelijk zelf laten doen en zelf laten beslissen bevordert veerkracht [18].
Meer over de mentale gezondheid van ouderen lees je in dit kennisdossier.
Mensen met psychische problemen
De manier waarop iemand omgaat met stressvolle, ingrijpende of traumatische gebeurtenissen (coping) speelt een grote rol in het al dan niet ontwikkelen van psychische stoornissen. Mensen die weinig hulpbronnen hebben, zoals een steunend netwerk, lopen meer risico om psychische problemen te ontwikkelen, met name als de ingrijpende gebeurtenissen intens, langdurig of herhaaldelijk zijn. Sociale steun, persoonlijkheidskenmerken, eerdere ervaringen met trauma, en de toegang tot psychologische hulp spelen hierbij een belangrijke rol [23], [24], [25].
Bij mensen met een (ernstige) psychische aandoening kan het versterken van veerkracht helpen om met stress, tegenslagen en kwetsbaarheden om te gaan, ook als die verband houden met hun psychische aandoeningen. Echter, zij hebben vaak minder hulpbronnen waarop ze aanspraak kunnen maken, soms juist door hun psychische aandoening en kwetsbare positie in de samenleving. Zo blijft de kwaliteit van leven van mensen met een ernstige psychische kwetsbaarheid flink achter bij die van de algemene bevolking, is de participatiegraad onder hen laag en de eenzaamheidsproblematiek groot. Bijna de helft geeft aan het gevoel te hebben niet mee te tellen in de maatschappij [26], [27]. Door hun kwetsbare (psychische) situatie en beperkte hulpbronnen maken zij daarbovenop meer kans om te maken te krijgen met (herhaalde) tegenslagen.
De relatie tussen herstel en veerkracht bij mensen met psychische aandoeningen is complex en sterk met elkaar verbonden. Dat komt doordat beide processen gaan over hoe iemand zich aanpast aan, en omgaat met de gevolgen en uitdagingen van een psychische aandoening. Herstel gaat over het (leren) leven met een ontwrichtende aandoening, beperking, of kwetsbaarheid waarbij de mogelijkheden en kracht van de mens centraal staan. Dit in tegenstelling tot de onmogelijkheden van de beperking, aandoening of kwetsbaarheid. Herstel is een individueel en persoonlijk proces waarbij zelfacceptatie, betrokkenheid bij het leven en sociale integratie een rol speelt [28], [29]. Het proces van veerkracht speelt een belangrijke rol in het herstelproces van mensen met psychische aandoeningen. Het kunnen omgaan met tegenslagen, het inzetten van strategieën om met stress en moeilijke situaties om te gaan, het vertrouwen hebben om het leven zelf te kunnen sturen en het durven vragen van (onder)steun(ing) helpt in het herstelproces. Het hebben van een veerkrachtig, positief steunsysteem speelt hierin een belangrijke rol [30].
Een efficiënt en sterk veerkrachtproces en bijbehorende hulpbronnen ondersteunen dus het herstelproces, terwijl het herstelproces weer zelfvertrouwen kan geven in de mogelijkheid om terug te veren bij tegenslag. Dat kan veerkracht weer versterken. De persoon leert omgaan met de ervaringen van de psychische aandoening. Deze positieve ervaring kan bijvoorbeeld de hulpbron vertrouwen in eigen kunnen versterken en de veerkracht versterken bij een volgende tegenslag.
Refereer naar dit kennisdossier als:
Trimbos-instituut. (2025, 13 november). Veerkracht en mentale gezondheid. Expertisecentrum Mentale Gezondheid. Geraadpleegd op [datum], van https://www.trimbos.nl/kennis/mentale-gezondheid-preventie/expertisecentrum-mentale-gezondheid/veerkracht-en-mentale-gezondheid/