DITSMI: aanpak behandeling ernstige psychische aandoeningen

Binnen de groep mensen met een ernstige psychische aandoening is een groot deel langdurig in zorg met een stagnerende behandeling. Het doel van de DITSMI-aanpak is medisch, maatschappelijk en sociaal herstel van deze patiënten. Hiermee komt er weer beweging richting hoop en zingeving, herstel van relaties en het herwinnen van de eigen regie over een leven buiten de psychiatrie.

DITSMI is een Engelse afkorting en betekent: Diagnose, Indicate, Treat Severe Mental Illness. Ofwel: diagnosticeren, indiceren en behandelen van een ernstige psychische aandoening. De DITSMI-aanpak is ontwikkeld bij GGNet. Op dit moment loopt er een project om deze aanpak te implementeren bij verschillende ggz-instellingen.

Aanleiding van de DITSMI aanpak

Ondanks verschillende ontwikkelingen op het gebied van psychische zorg, zijn er nog veel patiënten met ernstige psychische aandoeningen die onvoldoende herstellen. Deze patiënten hebben vaak diagnoses die jaren geleden zijn gesteld en niet meer zijn aangepast. Het ontbreken van een goede behandeling bij patiënten met ernstige psychische aandoeningen heeft geleid tot de ontwikkeling van de DITSMI-aanpak.

Voor wie is de aanpak?

Deze aanpak is voor mensen met een (ernstige) psychische aandoening bij wie de behandeling stagneert, de indicatie voor behandeling onduidelijk is, er sprake is van polyfarmacie of ernstige bijwerkingen.

Hoe werkt de aanpak?

Bij DITSMI staat multidisciplinaire beschrijvende (her)diagnostiek en indicatiestelling en het regelmatig evalueren van behandeling volgens professionele richtlijnen centraal. Op deze manier wordt gestreefd naar herstel en het herwinnen van de eigen regie voor patiënten die al lange tijd in behandeling zijn. Met DITSMI wordt richtlijnconform gewerkt en evidence-based passende zorg geboden, zonder uw instelling te belasten met toename aan registratie en verplichte verantwoording. Concreet wordt de zorg als volgt ingericht:

  • Regelmatig de tijd nemen voor het gesprek over passende zorg: het team gaat regelmatig met elkaar in gesprek over passende zorg met als doel: het bereiken van consensus over de beschrijvende diagnose (en/of de second opinion) en geïndiceerde zorg. Dit gebeurt in een periodiek, gestructureerd en multidisciplinair DIB-overleg (Diagnosticeren, Indiceren, Behandelen).
  • Een beschrijvende actuele diagnose geven: bij het vaststellen van een diagnose wordt niet teveel aandacht besteed aan de labels van de classificerende diagnose, maar kijkt het team naar het persoonlijk profiel van een patiënt in een beschrijvende diagnose. De diagnose is breed, multidisciplinair en actueel.
  • Naasten actief betrekken: het team betrekt naasten actief bij de indicatie en evaluatie, onder andere om meer zicht te krijgen op de onderliggende krachten en kwetsbaarheden en om te controleren of de behandeling passend is.
  • Heel regelmatig evalueren: het team evalueert regelmatig of ze op koers liggen, of de interventies het gewenste resultaat op leveren en of ze door kunnen naar de volgende stap in het protocol.

Wat levert de aanpak op voor de cliënt en de instelling?

Diagnose, behandelindicaties en medicijngebruik

Met de DITSMI aanpak…

  • …veranderde 49% van de (beschrijvende) diagnoses
  • …veranderde 67% van de behandelindicaties
  • …daalde het medicijngebruik met 14%
  • …daalde het antipsychoticumgebruik met 30%
  • …daalde het gebruik van parasympaticolytische medicatie met 48%

> Lees meer over de bevindingen in het wetenschappelijk artikel

Kosteneffectiviteit

In de praktijk blijkt dat de extra tijdsinvestering op den duur afneemt. De tijdsinvestering van het behandelteam nam eerst toe met 12%, om het volgende jaar met 34% af te nemen. Daarnaast is er minder stagnatie in behandeling en leidt de DITSMI aanpak tot een positieve budget-impact-analyse (BIA). Deze BIA is gedaan ten aanzien van het cohort uit European Psychiatry (Veereschild et al. 2020). Dit cohort is vergeleken met een soortgelijke afdeling waar DITSMI niet is toegepast en de gebruikelijke zorg doorliep. De belangrijkste bevinding is dat de kosten van het verblijf van het onderzochte cohort duidelijk afnemen door de tijd. Dit bevestigt de bevinding van het wetenschappelijk onderzoek, welke een daling van 44% in aantal opnamedagen binnen de afdeling van het DITSMI-cohort beschrijft.

Over het DITSMI implementatieproject

De DITSMI-aanpak wordt de aankomende tijd breed geïmplementeerd met ondersteuning van ZonMw en het Trimbos-instituut. Het implementatieproject (2022-2024) bestaat uit diverse onderdelen:

  • Het begeleiden en ondersteunen van vier ggz instellingen bij de implementatie van de DITSMI aanpak (training, toolkit, advies, projectleidersbijeenkomsten, werkbezoeken, slotconferentie).
  • Het uitvoeren van actieonderzoek bij de deelnemende ggz instellingen, door middel van interviews bij de start, halverwege en aan het eind.
  • Evalueren van patiënttevredenheid en patiëntenzorg met behulp van regulier periodiek uitgevoerde metingen in de ggz instellingen.
  • Terugkoppeling van het actieonderzoek en de metingen in de projectleidersbijeenkomst en klankbordgroep.
  • Aanpassingen bestaande toolkit voor implementatie bij andere ggz instellingen.
  • Lerend netwerk: vier deelnemende instellingen en een schil van geïnteresseerde instellingen en andere stakeholders.

De deelnemende instellingen zijn Altrecht, GGzE, Emergis en Lentis. De deelnemende partijen zijn het ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport/ZonMw, het Trimbos-instituut, GGNet, IVM en MIND. Bekijk het organogram van DITSMI.

Beschikbare hulpmiddelen

  • Een klinische les, patiëntfolder (print versie), patiëntfolder (drukbestand), modelbeschrijving en draaiboek over de DITSMI aanpak. Inclusief onder meer een toelichting van beschrijvende diagnostiek, structuur DIB overleg, periodieke evaluaties en somatische screening.
  • Het formularium van GGNet met een stappenplan voor medicatie, gebaseerd op verschillende klinische ggz richtlijnen en NHG standaarden.
  • Een model en invulschema voor somatische screening. (verkrijgbaar op aanvraag.)
  • Een crisis monitor. (verkrijgbaar op aanvraag.)
  • Desgewenst zijn overige hulpmiddelen voor richtlijnconform werken beschikbaar, zoals keuzehulpmiddelen bij richtlijnen, behandelalgoritmes, onderlinge uitwisseling van behandelmethodieken en trainingen rond LVB, trauma en verslaving.

Heeft u interesse in de DITSMI aanpak?

Als onderdeel van het lerend netwerk zal er een zogenaamde ‘tweede schil’ worden opgezet met belangstellende instellingen en andere stakeholders. Instellingen die geïnteresseerd zijn in de DITSMI aanpak, maar niet aan de pilot meedoen kunnen onderdeel hiervan worden. Wanneer hier belangstelling voor is, kan contact opgenomen worden met Ankie Lempens. Vervolgens zal onderling verder worden verkend op welke manier invulling zal worden gegeven aan de deelname.