Nieuws |

Over hoofdrollen, bijrollen en dubbelrollen in de wetenschap

Over hoofdrollen

Het formuleren van adviezen om (ongewenste effecten door) belangenverstrengeling of dubbelrollen van de onderzoeker/ontwikkelaar te voorkomen. Dat was samengevat het doel van de bijeenkomst ‘Dubbelrollen in effectonderzoek: zegen of zonde’, op 1 juni 2017 in Utrecht.

Onder leiding van dagvoorzitter prof. dr. Bram Orobio de Castro (Universiteit Utrecht) en op initiatief van het Trimbos-instituut kwam een gemêleerd gezelschap van circa veertig mensen bijeen met veelal meerdere petten op: onderzoeker, ontwikkelaar, interventie-eigenaar, databankcommissielid en/of subsidieverstrekker. En zij zijn geen uitzondering, want een interventieonderzoeker die meerdere petten opheeft, is eerder regel dan uitzondering. Des te belangrijker om met elkaar te discussiëren over de vraag hoe deze rollen niet gaan conflicteren.

De verschillende rollen van Rutger Engels

Neem Trimbos-voorzitter Rutger Engels. Tevens hoogleraar aan de Universiteit Utrecht, begeleider van verschillende promovendi, onderzoeker, bestuurder, ontwikkelaar, fan van preventie en criticaster. Om enige orde aan te brengen in de dubbelrollen, trapte Engels de bijeenkomst af met een heldere presentatie over de soorten dubbelrollen van onderzoekers. Interventieonderzoekers kunnen zowel tevens interventieontwikkelaar zijn, zijn of haar collega, eigenaar van de interventie zijn, dan wel werken voor de licentiehouder. Dit zorgt er voor dat er meerdere belangen in het spel zijn die kunnen conflicteren met de neutrale rol van waarheidsvinder.

Ook Engels ervaringen en rollen als onderzoeker strekken zich uit over al deze velden, zoals hij eveneens met voorbeelden illustreerde. Soms test hij programma’s van anderen samen met ontwikkelaars, soms test hij programma’s van anderen zonder betrokkenheid van de ontwikkelaars, soms test hij aangepaste en doorontwikkelde programma’s van anderen en soms test hij eigen ontwikkelde programma’s. Zoals aangegeven is dit niet heel ongebruikelijk, maar het vraagt wel dat je continue kritisch blijft kijken naar je eigen werk vertelt Engels. Daarbij gaf Engels aan dat die verweving van rollen hem juist ook verder helpen in zijn werk, waarbij hij continue op zoek is naar interventies en strategieën die echt iets bijdragen aan de gezondheid en het welzijn van mensen.

“Een ander punt dat mij als onderzoeker vooral triggert, is dat het zoveel meer moeite kost en gedoe geeft om publicaties met 0-bevindingen gepubliceerd te krijgen. De publicatiebias is enorm!” vervolgt Engels. “Tijdschriften zijn heel terughoudend met het publiceren van deze artikelen. Engels vertelt door zijn vele rollen bovendien behoorlijk ‘frustratie-bestendig’ geworden te zijn. “Verschillende van mijn onderzoek programma’s leverden 0 resultaat op” vertelt Engels. “En om na zoveel werk je resultaten niet gepubliceerd te kunnen krijgen is extra frustrerend.”

“Daarnaast heb je te maken met een variatie aan ‘weerstand’ van originele ontwikkelaars bij bevindingen die niet ondubbelzinnig ondersteuning geven voor programma. Als ontwikkelaar ben ik me er daardoor extra van bewust dat je je altijd moet realiseren, en hier ook actief beleid op moet voeren, dat iedereen blootstaat aan de verleiding van een positieve blik. Die is namelijk onvermijdbaar.”

De chaotische werkelijkheid van Yvonne Stikkelbroek

De tweede inleider van de middag, Yvonne Stikkelbroek, koos voor een heel andere aanpak. Geen ordening hier. Maar de chaos van een schilderij van Jackson Pollock als uitgangspunt. “Dit is de klinische werkelijkheid waar je mee te maken hebt: een warboel.” Ze zette er een schilderij van Piet Mondriaan naast. “En dit is wat je graag wilt: orde, structuur en overzicht.” Maar hoe bereik je dat? Ook Yvonne Stikkelbroek begon met een opsomming van haar verschillende rollen als onderzoeker, clinicus en eigenaar/ontwikkelaar van twee behandelprotocollen. Ze begon als psycholoog, werd gaandeweg deskundig in een bepaalde interventie voor behandeling van depressie, wist steeds meer over de verschillen met andere depressie interventies en vanuit een schreeuwende behoefte aan wetenschappelijk onderzochte interventies op dit thema bleek ze uiteindelijke zelf toch de meest geschikte onderzoeker. De zogenoemde ‘onafhankelijke’ onderzoekers die ze zelf benaderde, bleken of niet voldoende ingevoerd in de materie, ofwel zagen de urgentie er minder van in of wilden er simpelweg niet net zoveel tijd in stoppen als zij deed. Nu durft Stikkelbroek het hardop te bekennen: juist vanwege haar dubbelrol kon ze het onderzoek opzetten, aanvragen en uitvoeren. En omdat ze van begin tot eind betrokken was, kon ze de data goed analyseren en interpreteren. Stikkelbroek stelde wel duidelijk dat je voor de start van je onderzoek afspraken moet maken over het onderzoek, plus wanneer je de uitkomsten bekend maakt, waarbij de onafhankelijkheid van het onderzoek geborgd is.

Waarom het gedoe geeft

Maar de vraag: waarom zorgt het voor zoveel gedoe, discussie en kritische stukken in de media als dubbelrollen onvermijdelijk zijn en zelfs een duidelijke meerwaarde hebben? Ook goed en grondig onderzochte interventies of programma’s kunnen hierdoor toch onderwerp van kritiek worden. Het niet open zijn over wie het onderzoek financiert, de betrokkenheid van de ontwikkelaar / eigenaar en belanghebbende bij alle vormen van onderzoek en het gebrek aan openheid hierover zijn daar mogelijke factoren in.

De oplossing van meer transparantie stuit echter al snel ook op bezwaren. Wat heeft de professional er bovendien aan, die gewoon een goed onderzochte en effectieve interventie zoekt? De kern van de informatie die zij nodig hebben beperkt zich tot de kwaliteit van het onderzoek en de belangen van de onderzoekers. Toch is transparantie wel een sleutelwoord. Wees open over je rollen en belangen, en ook over je onderzoeksopzet, eventuele wijzigingen en keuzes die je zowel als onderzoeker en als ontwikkelaar maakt. Daarnaast formuleerden de aanwezigen gezamenlijk een aantal aanbevelingen voor verschillende groepen.

Aanbevelingen voor…

Databanken effectieve interventies

Een eerste vereiste voor databanken is helderheid over de rollen van de verschillende beoordelaars, en hoe beoordelaars daar zelf mee omgaan. Bij de beoordeling van interventies is het voorts belangrijk dat er altijd wordt gekeken naar wie de interventie indient: is dat de onderzoeker, ontwikkelaar of eigenaar van de interventie? De bewijslast moet geleverd worden door de indiener. Transparantie over de werkwijze en de manier van beoordeling is ook van belang, zonder het te ingewikkeld te maken of teveel informatie te geven. Het gaat erom dat de professional effectieve interventies kan vinden, en weet hoe de beoordeling tot stand is gekomen en welke belangen er spelen.

Subsidiegevers en financiers

Subsidiegevers en financiers zouden bij de aanvraag voor onderzoek al moeten vragen om helderheid over zowel hun eigen belang en rol, en die van de onderzoeker/aanvrager. Dit is een verantwoordelijkheid voor zowel de aanvrager als voor de subsidiegever om er standaard naar te vragen. In het kader van transparantie, zou een standaard voorwaarde ook moeten zijn dat onderzoeksdata en -protocollen na het onderzoek beschikbaar worden gesteld voor verder wetenschappelijk onderzoek. Het organiseren van tegenspraak als voorwaarde voor financiering werd ook genoemd als optie.

Tijdschriften

Wetenschappelijke tijdschriften zouden meer open kunnen staan, of een duidelijk beleid moeten formuleren, over het publiceren van onderzoeken met 0-resultaten. Een idee om dit in een vroeg stadium te ondervangen, is al bij de start van een onderzoek, of in ieder geval ruim voor afronding het voorstel indienen bij een tijdschrift, dus onafhankelijk van de resultaten. En hier zou gewoon standaard moeten gelden: zowel auteurs als peer-reviewers vermelden hun rollen en belangen in het stuk.

Tot slot: de onderzoekers

En tot slot aanbevelingen aan de onderzoekers, ontwikkelaars, leden van databankcommissies én alle anderen. Wees open. Zowel over je belangen en rollen, welke keuzes je waarom maakt, met wie, hoe je omgaat met data. Ook als andere onderzoekers of ontwikkelaars het niet doen. Bewustwording bij alle partijen over dubbelrollen is de basis. En vandaaruit handelen. Niet alleen omdat het wetenschappelijk verantwoord is en we het aan onszelf verplicht zijn. Of omdat de maatschappij erom vraagt of de publieke opinie ons dwingt. Gewoon omdat het zo hoort. En het eigenlijk raar is dat het niet allang gewoon is. De enige manier om dat te veranderen is door het te doen. En erom te vragen. Vanaf vandaag.

Meer informatie

Ferry  Goossens

Stuur een bericht aan contactpersoon Ferry Goossens
of bel +31 (0)30 – 2959(090)